Muis: Wetgeving
Muizen in huurwoningen
Vaak staat er in een huurovereenkomst of u huisdieren mag houden, of dat u het moet vragen. Soms staat er zelfs in dat huisdieren verboden zijn. Als u in een van deze twee laatste gevallen toch, zonder vragen, een muis in huis neemt bent, bent u in overtreding. Het kan ook zijn dat er niets staat in de overeenkomst. In dit geval kunt u aannemen dat het mag zolang het diertje geen overlast veroorzaakt bij medebewoners.
Indien het gevraagd moet worden, is het verstandig dit ook altijd vooraf te doen. Vaak zal het hygiënisch houden van een paar muizen worden gedoogd, maar het kan ook zijn dat een verhuurder een goede reden heeft geen huisdieren in de huurwoning te willen. Staat het in het contact dan kunt u weinig anders doen dan het te accepteren. Ga dit altijd na vóórdat u een muis in huis neemt, of vóórdat u verhuist naar een (andere) huurwoning. Dit voorkomt problemen.
Koopovereenkomsten
Bij het kopen van een dier wordt een koopovereenkomst gesloten met de verkoper. Dit kan een schriftelijke overeenkomst zijn, maar ook een mondelinge overeenkomst is geldig.
In een schriftelijke overeenkomst staat het dier volledig beschreven. Als de verkoper bepaalde dingen beweert zoals bijvoorbeeld iets ten aanzien van gedrag, dan dient dit ook opgenomen te worden in de overeenkomst.
Het voordeel van een dergelijke overeenkomst voor u als nieuwe eigenaar, is dat als het diertje ziek blijkt te zijn geweest bij aanschaf of een van de vermeende eigenschappen blijkt onjuist dat u het dier terug kunt brengen naar de verkoper. Ook omruilen voor een andere muis of vergoeding van gemaakte kosten is in overleg met de verkoper een optie.
Dat het probleem al bij aanschaf aanwezig was moet dan wel bewezen worden door bijvoorbeeld een verklaring van een dierenarts of expert aan te leveren. Er geldt het ‘redelijkheids principe’, dus is het redelijkerwijs aannemelijk dat het gebrek er bij de aanschaf al was.
Aansprakelijkheid
Als eigenaar bent u altijd aansprakelijk voor wat uw huisdiertje doet. Dus ook bijvoorbeeld als de muis op de een of andere manier schade toebrengt aan iets of iemand. De meeste eigenaren van kleine huisdieren zullen hier niet snel mee in aanraking komen, maar te denken valt bijvoorbeeld aan een muis die een bezoeker bijt. Ook al kunt u daar niets aan doen, u blijft aansprakelijk, tenzij u kunt bewijzen dat de schuld bij de bezoeker ligt.
De Gezondheids- en Welzijnswet voor Dieren
– De GWWD is een nationale wet waarin welzijnsbepalingen voor gehouden dieren zijn opgenomen. De centrale waarden zijn:
– De eigenwaarde van dieren (en dus niet de waarde die het dier heeft voor de mens aan de hand van het ‘nut’ wat het dier heeft)
– Het nee-tenzij principe (handelingen zijn verboden tenzij in de wet staat dat het is toegestaan).
Één hoofdstuk is volledig gewijd aan de zorg voor het welzijn van het dier.
In de GWWD staan algemene regels die gelden voor alle dieren. Daarin staat onder andere dat het verboden is een dier onnodig pijn te doen of zijn gezondheid of welzijn aan te tasten. Ook mag een dier geen verzorging worden onthouden en mogen ze niet worden gebruikt als prijs, beloning of gift. Tevens mogen ingrepen niet worden uitgevoerd, tenzij in de wet een uitzondering wordt gemaakt.
Ook zijn er regels te vinden over huisvesting, slachten, vervoeren enzovoorts.
Waar de doorsnee knaagdierhouder mee te maken krijgt zijn voornamelijk de regels over huisvesting, welzijn en verzorging die hierboven zijn genoemd.
Daarnaast moet bijvoorbeeld de huisvesting bij veel dieren voldoen aan bepaalde maten, materiaaleisen, voer en drinkvoorziening, verlichting en ventilatie en dergelijke. Bij kleine zoogdiertjes voldoen de meeste in de handel verkrijgbare kooien hier wel aan.