Maanvis / Pterophyllum scalare

Lichtenstein, 1823
Maanvis

Synoniemen
Platax scalaris, Zeus scalaris, pterophyllum eimekei.

Voorkomen
Zuid-Amerika, Midden-Amazone en zijrivieren tot in Peru en Oost-Ecuador. Daar komt de soort vaak voor samen met Mesonauta festiva (vlagcichlide). Tegenwoordig zijn er vrijwel uitsluitend nakweek-maanvissen in de handel. Vaak vertonen deze degeneratieverschijnselen, zoals dwergvormen, bleke kleuren, gebrek aan broedzorg, etc.

Eerste import
1909, door C. Siggelkow, Hamburg

Geslachtsonderscheid/ lengte
Buiten de legtijd zijn er geen zekere kenmerken. Tijdens de legtijd is de vorm van de genitaalpapil wel goed te zien: bij het mannetje spits, bij het vrouwtjes stomp. Lengte: tot 15 cm.

Gedrag
Wanneer mannelijke vissen jong zijn, zwemmen ze in scholen, later worden territoria bezet en leven de dieren paarsgewijze, met grote paarbinding. Vreedzame soort (echter geen kleine vissen erbij houden) die niet in de bodem woelt. Bij het ontwikkelen van paren zijn maanvissen soms zeer agressief tegen vissen die niet gekozen worden. Zwemhoogte in het aquarium: midden.

Aquariumeisen
Maanvissen hebben goed beplante aquaria nodig. Bij voorkeur met een randbeplanting van sterke planten, zoals Vallisneria en Saggitaria. Inrichting met veel vrije zwemruimte en wortelhout of stenen. Temperatuur: 24 – 28º C; aanbevolen minimumaquariumlengte: 80 cm.

Kweek
Het is het beste broedparen zichzelf al jong uit te laten kiezen uit een groep van vissen. Voor kweek zijn temperaturen tussen 26 en 28º C nodig. De pH licht zuur: 6,0 – 7,0, hardheid laag, rond 5º dGH. Eieren worden het liefst afgezet op vooraf schoongepoetste harde bladeren van planten, maar ook op steen of de aquariumruit. De maximaal circa 1000 eieren worden gedurende drie dagen intensief bewaaierd en verzorgd. Ook het jongbroed wordt nog geruime tijd verzorgd en o.a. gevoerd.

Voer
Maanvissen zijn gek op alle soorten levend voer, maar ook plantaardige kost (spinazie, sla) als bijvoer. Ook diepvriesvoer en droogvoer wordt goed gegeten.
Geschikt voor: beginnersvis en beginners met enige voorkennis.

Bijzonderheden
Muggenlarven dienen slechts voorzichtig gedoseerd gevoerd te worden. Maanvissen overeten zich daar anders aan. Geen kardinaaltetra’s of neontetra’s in dezelfde bak houden. Maanvissen lusten deze vissen graag. Bij te koud houden van maanvissen, verkommeren de dieren snel. Ook maanvissen worden in vele kleurvarianten gekweekt.

Gebaseerd op Mergus Aquarien Atlas 1983/1984