Fret
- Algemeen
- Activiteiten en Agenda
- Beschrijving
- Biologie
- Oriëntatie vooraf
- Benodigdheden
- Voeding
- Huisvesting
- Gezondheid en ziektes
- Voortplanting
- Gedrag
- Vakantie
- Afstandsdieren
- Wetgeving
- Organisaties
- Bibliotheek
- Houderij Richtlijnen
Algemeen
Fretten zijn voor kleine kinderen en onervaren huisdierbezitters ongeschikt. Ze zijn erg beweeglijk en soms ook wel wat bijterig. Maar juist door hun nieuwsgierigheid en onderzoeksdrang zijn ze zo leuk. Ze slapen het grootste deel van de dag, maar als ze wakker zijn en los mogen lopen, moeten ze onder toezicht blijven. Een fret kan goed zindelijk zijn op een ‘frettenkattenbak’. Fretten zijn graag in gezelschap van een soortgenoot om mee te spelen en samen te slapen. Zowel de vrouwtjes als de mannetjes worden ‘gecastreerd’. Fretten moeten worden ingeënt tegen hondenziekte.
De fret is een vrolijk en tot op hoge leeftijd speels dier. Het dier is klein, gemakkelijk hanteerbaar en niet zwaar in gewicht. Het fret maakt geen storende geluiden. Het dier veroorzaakt (wanneer het gecastreerd is en behoudens een enkele maal gebruik van de anaalklieren), doorgaans geen hinderlijke geuren. Het dier is erg actief gedurende een klein aantal uren per dag, maar brengt ook grote delen van de dag slapend door. Het fret kan wel tot 10 jaar oud worden, maar het gemiddelde ligt iets lager. Het is een dier met een hoge aaibaarheidsfactor, waarvan de vacht (buiten borstelen) weinig onderhoud vergt. Het dier is bij een goede opvoeding grotendeels zindelijk in gedrag.
Een fret is erg ondernemend en intelligent. Een fret moet het liefst gehouden worden met een soortgenoot. Een fret vergt als hij wakker is veel aandacht en oplettendheid van zijn baasje. Een fret laat zich niet dresseren. Een gezonde fret is geen schootzitter. En een fret is niet geschikt voor kleine kinderen. Het dier moet worden gecastreerd en jaarlijks worden ingeënt, dit heeft financiële gevolgen voor u.
Activiteiten en Agenda
Biologie
Een fret behoort tot de familie der marterachtigen. Het is een roofdiertje. Het fret is een gedomesticeerd dier en komt niet in de vrije natuur voor. Sterker nog: het dier kan in de natuur niet overleven.
Fretten zijn roofdieren die behoren tot de groep van de marterachtigen. Marters zijn roofdieren, maar binnen de groep van de marters is er zeer veel variatie. De een jaagt op prooien groter dan zij zelf, anderen jagen onder water op vissen en weer andere jagen in bomen op eekhoorns en vogels. Marters hebben allemaal verschillende levenswijzen en ook allemaal eigen eetgewoonten en voedingspatronen.
Fretten lijken van alle marterachtige het meeste op de bunzing. Ze zijn een gedomesticeerde vorm van de bunzing, zoals een hond de gedomesticeerde vorm van de wolf is. De solitair levende bunzing kan goed rennen, klimmen en zwemmen met zijn slanke en soepele lichaam.
De bouw en de gedragseigenschappen heeft de fret geërfd van de bunzing. Fretten zijn echter gedomesticeerd en echte huisdieren. Ze kunnen niet meer overleven in het wild.
Oriëntatie vooraf
Een fret verzorgen is beslist niet hetzelfde als een kat of hond verzorgen. Indien u plezier aan het dier wilt beleven, dient u bekend te zijn met de specifieke welzijns- en verzorgingseisen van dit dier. Door lid te worden van een organisatie die voorlichting over fretten geeft kunt u zich voorbereiden. Ga eens praten met andere frettenliefhebbers, of kijken op internet, ga eens naar een frettendag etc.
Voor de aanschaf van een fret moet u rekenen op een bedrag van ongeveer € 230,- inclusief de kooi. Bijkomende kosten in de vorm van entingen, boek over verzorging, eventueel lidmaatschap van een organisatie die voorlichting geeft over het fret, speelgoed en medische behandelingen. Dagelijks onderhoud kost al gauw € 6,- tot € 8,- per week (voeding en kattenbakkorrels) per fret.
Huisvesting
Voor een buitenverblijf heeft u 6 vierkante meter bodemoppervlakte nodig (voor twee fretten). Voor een verblijf binnenshuis, voor twee fretten, twee vierkante meter bodemoppervlakte, mits de dieren dagelijks twee maal een uur buiten de kooi mogen spelen. Bij het houden van meer dieren is er voor iedere fret meer dan een halve vierkante meter voor nodig. Deze richtlijnen zijn al opgesteld in verband met de ophanden zijn de regelgeving binnen de GWWD (Gezondheids- en Welzijnswet voor dieren).
Er moet een toiletbak aanwezig zijn. Deze moet regelmatig worden verschoond. Wanneer de toiletbak te vies is naar de zin van het fret, dan gaat het dier er meestal naast zitten.
Gedrag
Een fret laat zich niet dresseren. Een gezonde fret is geen schootzitter. En een fret is niet geschikt voor kleine kinderen. Het dier moet worden gecastreerd en jaarlijks worden ingeënt, dit heeft financiële gevolgen voor u.
Er zijn een aantal dingen die fretten nooit afleren, zoals planten uitgraven, aan de vloerbedekking krabben, soms om bepaalde redenen (bronst, loopsheid, vreemde fretten in huis) een plasje of een poepje doen op een verkeerde plaats.
Fretten willen overal achter, onder, in en tussen kruipen, kunnen soms vreemden bijten of de hond of poes plagen. Ze kunnen niet opschieten met kleinere huisdieren als vogels, cavia’s of konijnen etc. Een enkele maal gebruiken fretten hun anaalklieren (bij schrik of pijn) hetgeen stinkt. Dit laatste komt echter niet zo vaak voor.
Vakantie
Een fret is moeilijk onder te brengen tijdens uw vakantie en kan meestal ook niet mee. Zeker niet naar warme oorden. Hij kan beslist niet tegen temperaturen boven de 30 graden Celsius.
Bedenk altijd ruim van tevoren welke mogelijkheden u heeft wanneer u op vakantie zou gaan en regel dit ook ruim voordat u daadwerkelijk vertrekt. Veel pensions zitten al ruim voor de vakanties volgeboekt.
Er zijn in principe twee opties als uw harige huisgenoot niet mee kan op vakantie. Iets wat bij fretten ook zeker niet verstandig is als het een vakantie naar een warm oord betreft. Fretten kunnen namelijk absoluut niet tegen temperaturen boven de 30 graden kunnen. De ene is dat hij thuis blijft waar hij door een ander wordt verzorgd. De andere optie is dat hij ergens anders ondergebracht wordt. Dit kan bijvoorbeeld zijn bij vrienden of familie.
Als u weg bent is het voor zowel de verzorger als uzelf prettig als u te bereiken bent. Laat daarom altijd een briefje achter met adres en telefoonnummer waar u te bereiken bent. Dit geeft beide partijen een prettiger en zekerder gevoel. Ook het achterlaten van een nummer en adres van de dierenarts kan voor een vriend of familielid handig zijn. Als uw fret dan onverhoopt een dierenarts nodig mocht hebben, bent u ervan verzekerd dat hij binnen een niet al te lange tijd en door een door u uitgekozen dierenarts wordt behandeld. Immers de verzorger hoeft niet eerst in het telefoonboek opzoek naar een nummer van een dierenarts in de buurt.
Wat daarnaast ook heel belangrijk is, is een voorraad achterlaten van alles wat het dier hebben moet. Zorg dat bijvoorbeeld voer op voorraad is of laat eventueel een adres achter waar de verzorger dit bij kan halen.
Het is aan te bevelen dat u van tevoren opschrijft hoe de fret normaal verzorgd wordt en wanneer dit wordt gedaan. U kunt een soort schema of checklist maken met voermomenten en schoonmaak en dergelijke. Daarin kan tevens overzichtelijk en met duidelijke instructies uiteengezet worden hoe het moet gebeuren. Een gebruiksaanwijzing van de cavia dus eigenlijk. Het is ook verstandig de handelingen aan een, onwetende, verzorger een keertje voor te doen. Spreek ook af of en hoe vaak u zult bellen om te informeren hoe het gaat. Want u laat uw fret makkelijker en onbezorgder achter als u weet dat er net zo goed voor hem of haar wordt gezorgd als dat u zelf zou doen. En het gaat er in de vakantie juist om dat u, maar ook uw fret, een plezierige en onbezorgde tijd heeft.
Auteur: M. van Doorn
Afstandsdieren
Er zijn verschillende redenen om afstand te doen van een fret. Zo kan een ziekenhuisopname, verhuizing naar een woning waar geen huisdieren mogen of allergie ervoor zorgen dat de situatie dusdanig verandert dat er geen andere keuze meer is. Maar vaak ook is het dier een zogenaamde ‘impulsaankoop’. Er is niet van tevoren nagedacht over wat voor dier het is en of er voldoende tijd en/of geld is. Voorkom dit leed voor zowel uzelf als het dier, door van tevoren goed na te gaan wat een fret vraagt en of u het diertje wel de rest van zijn leven kunt bieden wat het nodig heeft.
Als het toch om de een of andere reden niet meer mogelijk is om de fret te blijven verzorgen, dan zijn er een aantal mogelijkheden om de fret via de officiële weg af te staan. Een fret kan worden afgestaan aan een asiel of een frettenopvang. Kijk hiervoor bij organisaties.
Asiel
Vaak hebben asielen die honden en katten opvangen ook de mogelijkheid tot het opvangen van kleine huisdieren. Veel geziene gasten zijn daar konijnen en cavia’s, maar soms ook fretten, ratten of andere kleine zoogdieren.
Naast deze gemengde asiels zijn er ook asiels die zich speciaal richten op kleine huisdieren, of soms zelfs op slechts één of twee soorten kleine huisdieren.
De eigenaar ondertekent bij het doen van afstand een formulier. De fret wordt op die manier ‘eigendom’ van het asiel. Het asiel heeft daarna de mogelijkheid om een nieuwe eigenaar te zoeken voor het diertje.
Frettenopvang
Fretten kunnen ook worden gebracht naar een speciale frettenopvang. Verspreid over Nederland zijn deze opvangen te vinden. Soms gratis, soms tegen een vrijwillige donatie of tegen betaling, kan de fret aan deze opvang worden gegeven. De eigenaar zal dan een afstandsverklaring moeten tekenen om de fret over te schrijven naar de opvang. De opvang wordt dan de nieuwe, officiële eigenaar.
Een frettenopvang zal na opname het dier verzorgen en er alles aan doen om het bij een nieuwe eigenaar onder te brengen. Deze nieuwe eigenaar betaalt eveneens een bedrag wat moet bijdragen in de gemaakte onkosten. Veelal zijn er voor deze nieuwe eigenaren ook regels verbonden aan de aanschaf. Zo mag er bijvoorbeeld niet worden gefokt met de fret of het dier mag niet worden doorverkocht of anderszins afgestaan aan derden. De fret dient dan terug te gaan naar de opvang.
In bepaalde opvangen kunnen fretten die worden afgestaan ook de rest van hun leven blijven. Dit zijn dan meestal dieren die oud of ziek zijn of gedragsproblemen hebben en daarmee geen of weinig kans maken op een nieuwe eigenaar.
Bibliotheek
Het Frettenboek
Vijfde herziene druk 2001.Auteurs: Piet van Zalinge en Nel Smeding.
Medische bijdrage: Drs. J. Moorman-Roest.
Illustraties: Mart Smeding
Redactie en uitgave: Stichting “De Fret”
195 pagina’s, 48 kleurenfoto’s, 24 zwart-wit foto’s.
ISBN 90-802298-4-9