Europese Kuifeend / Aythya fuligula
Herkomst
Europa, Azië en Afrika.
Trekvogel van Europa naar Afrika.
Biotoop / Habitat
Voorkeur voor zoetwater in plassen, meren en grote rivieren.
Dobberen groepsgewijs rond op diepe wateren.
Foerageren in niet te diep water, al duikend op zoek naar ongewervelde water- en schelpdiertjes, welke tussen de waterplanten leven.
Eten ook in mindere mate de planten zelf.
Gedeelte van de populatie broedt in Nederland en overwintert er ook.
Status
Geregeld voorkomende trekvogel en meest voorkomende duikeend.
Aantallen broedparen in Nederland zijn de laatste vijftig jaar flink gestegen, maar blijven de laatste jaren vrij stabiel. Niet bedreigd, wel beschermd.
Maximale lengte
40 – 47 cm.
Gewicht
woerd +/- 740gr, vrouwtje +/- 680 gr.
Levensverwachting
ca. 12 jaar.
Type huisvesting
Zijn gemakkelijk te houden, zowel paarsgewijs in een aparte vijver, als in een groepje in een gemeenschappelijk perk.
Voedsel
Meest gebruikte voedingsmiddelen in de praktijk b.v. 85% totaalvoeder korrel voor Watervogels, 10% granen, 5% gras/groente.
Groeiend dier tot 2 maanden: | Opfokkorrel of kruimel fase1 |
tussen de 2 tot 4 maanden: | Opfokkorrel fase 2 |
Volwassen dier: | Totaalvoeder onderhouds- of basis korrel |
Broedtijd: | Totaalvoeder foktoomkorrel |
Voedsel afgeschermd aanbieden.
Vers zwemwater moet altijd beschikbaar zijn daar dit ook gedronken wordt.
Beschrijving
Zoals de naam al aangeeft, dankt de Europese Kuifeend die aan een kuif van afhangende kuifveren achter op de kop in de nek, zowel bij het mannetje als het vrouwtje.Maar de langere kuif valt vooral op bij de woerd.
In broedkleed zien mannetje en vrouwtje er duidelijk verschillend uit.
De woerd is in die periode een zwartwitte verschijning.
Kop, vleugels, rug, staart en borst zijn zwart. De buik en flanken zijn wit.
De ogen zijn opvallend geel met zwarte pupil.
De snavel is blauwgrijs. De poten zijn donkergrijs.
Het vrouwtje is geheel bruin.
Kop, vleugels, rug en staart zijn donkerbruin.
Borst, flanken en buik zijn lichterbruin.
De ogen zijn ook geel, maar wat minder opvallend dan bij de woerd.
De snavel is blauwgrijs en de poten zijn donkergrijs.
Het eclipskleed van de woerd lijkt op dat van het vrouwtje, maar hij blijft donkerder en de voorheen witte buik en flanken kleuren dan grijsbruin.
Opmerkingen
Kuifeenden zijn zeer winterhard, vooral als tenminste een grote plek van de vijver ijsvrij wordt gehouden.
Pas op voor kruisingen met de Amerikaanse Kuifeend, de Tafeleend, de Witoogeend en de Grote en de Kleine Toppereend, welke verwante soorten zijn van hetzelfde geslacht Aythya.
Aanbevelingen kweek
Kuifeenden zijn geslachtsrijp op éénjarige leeftijd, maar niet alle vrouwtjes leggen reeds het eerste seizoen eieren.
Monogame paarvorming per seizoen.
Grondbroeders, nestelen gewoonlijk tussen oeverbeplanting of in een nestkastje op de grond, niet ver van de vijverrand. Nest wordt bekleed met plantenresten en dons.
Legsel 4 -9 eieren. Bleek grijsgroen, soms bleek grijsbruin van kleur.
Broedduur: 24 – 26 dagen.
Het uitbroeden van de eieren en het grootbrengen van de kuikens is vrij eenvoudig, ook voor de beginnende liefhebber. De kuikens zijn nogal schuw.
Ringmaat: 9 mm. Verplicht!
Ondersoorten / Varianten
Er zijn geen ondersoorten en geen kleur varianten.
Literatuur / websites
Watervogels houden…’t is een hobby!, 2003 – Liliane De Boeck-Pauchet
Handbook of the birds of the World, vol. 1 Ostrich to Ducks, 1992 – del Hoyo et al.
Die Entenvogel der Welt, 1999 – Hartmut Kolbe
Vogelgedrag, 2003 – Stephen Moss
www.aviornis.nl
Wetgeving
Beschermde soort onder de Flora en Faunawet.
Valt onder de EU Vogelrichtlijn en de Overeenkomst Behoud van Europees-Afrikaanse watertrekvogels.
Erkende vaste, niet afschuifbare, voetring van 9 mm verplicht!
Bron
Aviornis