Kongozalm / Phenacogrammus interuptus

Boulenger, 1899
Kongozalm

Synoniemen
Micralestes interruptus, Alestopetersius interruptus, Hemigrammalestes interruptus, Petersius codalus.

Voorkomen
Kongo

Eerste Import
1950 door Aquarium Hamburg.

Geslachtsonderscheid/ lengte
Mannetje is groter, kleuriger en met verlengde staart en rugvin. Lengte: mannetje 8,5 cm, vrouwtje 6 cm. Zwemhoogte in het aquarium: midden (soms ook boven).
Gedrag: Verdraagzame scholenvis. Niet met agressieve vissen samenhouden, want dan wordt de kongozalm schuw.

Aquariumeisen
Grote aquaria met veel zwemruimte. Aanbevolen minimumaquariumlengte: 80 cm. Temperatuur: 24 – 27º C. Donkere bodem en eventueel een bedekking met drijfplanten, want in gedimd licht komen de kleuren het beste naar voren. Zoals alle karperzalmpjes is deze soort gevoelig voor geluid. Daarom mag niet op ruiten getikt worden. pH 6,2; hardheid 4-18º dgH. De vissen voelen zicht het prettigst in over turf gefilterd water, dat dan lichtbruin kleurt. Ze vergrijpen zich nog wel eens aan zachte planten, vooral jonge loten.

Kweek
Zonlicht of sterke verlichting leidt vaak tot heftige achtervolgingen tussen de kweekdieren. Ze zetten paarsgewijs of in groepen af. De eieren (tot 300 stuks) vallen vervolgens op de bodem. Na zes dagen komen deze uit en hebben dan het fijnst mogelijke voer (infusoriën) nodig. Na veertien dagen kan pekelkreeftjes worden aangeboden en fijn gewreven vlokkenvoer.

Voedsel
Levend voer, vlokkenvoer (grote vlokken). Ze blijven bij het voeren rustig aan de planten kabbelen en gaan pas eten wanneer de verzorger de kamer uit is. Zo schuw kunnen ze zijn.

Geschikt voor
beginners met enige voorkennis en voor gevorderden.

Bijzonderheden
Eén van de mooiste Afrikaanse karperzalmen, die helaas niet altijd zonder problemen te houden is. Kleine gezelschapsaquaria met slecht water (te veel kalk en nitraat) zorgen voor verkommeren van de kongozalmen.

Gebaseerd op Mergus Aquarien Atlas 1983/1984