KONIJN ALS GEZELSCHAPSDIER

 foto’s konijnen, grootte + de kooimaten

1 geslacht Oryctolagus cuniculi, vele rassen. Er is m.b.t. huisvesting een functionele onderverdeling mogelijk in dwergkonijnen (< 1 kg), middelgrote konijnen (1-3 kg) en grote konijnen (>3 kg).

Konijnen behoren niet solitair gehuisvest te worden. Het zijn sociale dieren die gezelschap nodig hebben van een soortgenoot. Een konijn is niet geschikt om eenzaam in een verblijf in de tuin te wonen. Een mannetje met een vrouwtje is ideaal, maar castratie van het mannetje is dan vereist. Voor het vrouwtje wordt castratie dringend geadviseerd. Indien solitaire huisvesting onvermijdelijk is, dient het konijn binnenshuis gehouden te worden i.v.m. omgevingsprikkels en om vereenzaming te voorkomen. Socialisatie met verschillende andere diersoorten is mogelijk.

Huisvesting
Konijnen kunnen zowel binnenshuis als buiten gehouden worden. In beide gevallen dient er 24/7 bewegingsvrijheid te kunnen zijn buiten het verblijf in een ruimte van minimaal 4m2 – 8m2, afhankelijk van de grootte van de konijnen.

Leefruimte
Binnen gehouden konijnen
Twee dwergkonijnen: minimaal 100 x 60 x 60cm.  met 24/7  uitloop op minimaal 4m2
Twee middelgrote konijnen: minimaal 120 x 60 x 60cm. met 24/7 uitloop op minimaal 4m2
Twee grote konijnen: minimaal 150 x 80 x 80 cm. met 24/7 uitloop op minimaal 8m2
NB Alle genoemde maten gelden ook voor een al dan niet tijdelijk solitair gehouden konijn.

Buiten gehouden konijnen                                                                                                                       Als ‘binnen gehouden’, maar daarbij dient een derde deel van het verblijf uit een gesloten nachthok te bestaan. Een buitenverblijf moet op een beschutte plek staan, het beste de opening op het oosten, wind of regen mogen niet in het hok slaan. Op zonnige dagen moet het konijn voldoende schaduw hebben.

Inrichting 
De beste bodembedekking bestaat uit organische vulling (korrels van geperst stro, papier, mais of geperste houtvezels) met daarbovenop stro of hooi. Kranten zijn af te raden omdat ze snel doorweekt raken en geen urinegeuren opnemen. Houtvezel (zaagsel) wordt afgeraden. Verstopplekken zoals een kartonnen doos alsmede  speelgoed als afleiding zijn zeer gewenst.

Klimaat
Konijnen zijn gevoelig voor oververhitting (hoger dan 24oC) en voor tocht. Ze kunnen buitenshuis gehuisvest blijven bij vorst mits windvrij, schuilplaatsen en dik stro in het nachthok.

Voeding
Konijnen dienen onbeperkt toegang te hebben tot een goede kwaliteit hooi en schoon drinkwater, drinkwater bij voorkeur niet via een drinknippelsysteem maar via een drinkbak. Konijnenvoer dient gerantsoeneerd gegeven te worden met een maximum van 25 gram per kilo konijn per dag en dient uit homogene biks te bestaan. Gemengd voer is ongeschikt i.v.m. selectief eten en gebitsproblemen. Konijnen mogen geen toegang hebben tot een knaag- of liksteen i.v.m. blaasproblemen..

Verzorging                                                                                                                                              Konijnen dienen dagelijks gecontroleerd te worden op voeropname en de aard van de keutels en de reinheid van het achterwerk (zie bijzonderheden). Konijnen dienen jaarlijks te worden gevaccineerd tegen Myxomatose en VHS

Bijzonderheden:
Konijnen zijn ’s morgens en ’s avonds het meest actief en hebben ‘s middags het meeste behoefte aan rust. Verstoring van ritme en regelmaat en veranderingen in voeding en omgeving geven stress.
Door factoren zoals stress, voedingsfouten en/of pijn zal bij konijnen vrij snel de motiliteit van maagdarmkanaal verminderen, waarbij het maagdarmkanaal uiteindelijk zelfs geheel stil kan komen te liggen. In een beginstadium is dit waar te nemen door het afnemen van het aantal en de grootte van de keutels. Een paar keer per dag produceert het konijn zachte keutels (blindedarmkeutels) die het zelf weer opeet. Indien dat niet gebeurt kunnen gezondheidsrisico’s ontstaan door plakkaten aan het achterwerk.

Voor veel meer informatie over konijnen: lees verder