Achter-Indische doosschildpad

Achter Indische doosschildpad

 

FAMILIE                              Geoemydidae
NAAM                                 Cuora galbinifrons (Bourret 1939)

Huisvesting
Voorzie voor deze dieren een ruim terrarium van 120 X 50 X 50cm. voor twee dieren.

Overeenkomstig hun levenswijze kunnen we deze dieren het beste huisvesten in een terrarium met een hoge luchtvochtigheid. Een grote, ondiepe waterschaal zorgt ervoor dat de dieren kunnen baden en dit houdt gelijktijdig ook de luchtvochtigheid hoog, 70 tot 95%. Ook het gebruik van een bodembedekking, die langdurig het vocht vasthoudt, zoals schors snippers draagt bij aan een vochtige atmosfeer, tevens is een flinke laag boomschors voldoende om de dieren natuurlijk gedrag te laten tonen. Inrichting van het terrarium kan bestaan uit schuilplaats in kurk, kunst of echt planten zoals bijvoorbeeld varens.

Voor de verlichting kan een standaard TL-verlichting gebruikt worden en nemen we een verlichtingsduur van ongeveer 12 uur, er zijn dan wel verwarmingselementen benodigd voor het verkrijgen van de benodigde temperatuur.De temperatuur in het terrarium moet overdag tussen de 28 en 35gr. C., ’s nachts mag de temperatuur niet onder de 20gr. C, zakken.

Voor deze dieren is UV.b. verlichting noodzakelijk.

Simulatie levensruimte – Biotoop
Zuid – China, Centraal- en Noord – Vietnam in Cambodia en Laos.

Voeder / voedsel
Deze dieren zijn omnivoor (alleseter) voornamelijk eten ze vlees waaronder wormen en fruit zoals banaan, appel, peer etc..

Groenvoer wordt over het algemeen niet goed geaccepteerd echter is het verstandig om toch met regelmaat eens wat aan te bieden.
Deze voeding wordt aangevuld met kalk- en vitaminepreparaten.

Grootte / Handelbaarheid
Cuora galbinifrons word meestal niet groter dan 20 cm.

Kwetsbaarheid / Stress gevoeligheid
Deze soort is goed houdbaar, in het begin leven ze zoals meer soorten wat teruggetrokken (verscholen) in de bodembedekking, maar de dieren wennen snel aan een leven in beschermd milieu .

Deze dieren zijn opgenomen in het CITES appendix II.

foto: Stichting Herpetofauna