Bedrijfsmatige omgang met dieren

In het nieuwe besluit houders van dieren wordt een duidelijk verschil gemaakt tussen bedrijfsmatige activiteiten en niet bedrijfsmatige activiteiten waarbij om de dieren te beschermen in de afweging tussen geld en dierwelzijn extra eisen gesteld worden aan bedrijfsmatige activiteiten.

Met de mogelijkheden van internet is het voor mensen steeds eenvoudiger geworden om zich zonder grote investeringen te gedragen als ondernemers waarbij ook handelingen met dieren plaats kunnen vinden.

Wat is bedrijfsmatig

Kernpunt in het hele besluit is de term bedrijfsmatig. Uit de toelichting wordt duidelijk dat de term gebruikt is om de grens aan te geven in de bedoeling van de houder; het houden van de dieren of het genereren van winst.

Citaat (Toelichting besluit houders van dieren)

Die regels zijn nodig omdat de ogen er niet voor kunnen worden gesloten dat de bedrijfsmatige handel, fok en opvang, zeker indien de activiteiten worden verricht met een winstoogmerk, risico’s voor het dier met zich kunnen brengen. Een aantal van de bedrijfsmatige houders zullen immers de neiging hebben de kosten zo laag mogelijk te houden om te kunnen concurreren of uit winstbejag.

Duidelijk is dat een hobbyhouder met een paar konijnen niet bedrijfsmatig bezig is en een bij de KvK ingeschreven dierenspeciaalzaak of een groothandel in dieren natuurlijk wel. Maar tussen deze twee groepen bevindt zich een groot gebied.

In de regeling worden indicatoren genoemd die een aanwijzing kunnen zijn voor bedrijfsmatig handelen maar de term zelf wordt niet duidelijk. Ook de gebruikte indicatoren lijken niet altijd even hard. Het begrip wordt ook niet gedefinieerd in de regeling. Het nadeel hiervan is dat de term feitelijk ingevuld moet worden door de rechter en dat de regeling dus een hoop onzekerheid oplevert.

Economische definities

Bedrijfsmatig moet in dit verband gezien worden als vergelijkbaar met de handelingen in een bedrijf (onderneming)

Binnen de belastingwetgeving is sprake van een ruime jurisprudentie ook op het gebied van de verschillen tussen hobby en onderneming.

Een belangrijk uitgangspunt daarin wordt hieronder door de rechter verwoord;

Zaaknummer     00/03864 vindplaats rechtspraak.nl

4.3……De kern van het geschil is of redelijkerwijs voordeel is te verwachten. Dat is niet het geval, ook al is er in 2000 een klein positief resultaat. Eén zwaluw maakt geen zomer.…/…

5.1. In artikel 6, eerste lid, van de Wet, voor zover hier van belang, is bepaald dat winst uit onderneming geniet hij voor wiens rekening een onderneming wordt gedreven. Van het voor zijn rekening drijven van een onderneming is sprake, indien een belastingplichtige door middel van een organisatie van kapitaal en arbeid deelneemt aan het maatschappelijke verkeer met het oogmerk om geldelijk voordeel te behalen. Van een oogmerk om geldelijk voordeel te behalen kan alleen worden gesproken in de gevallen waarin ook redelijkerwijs van het op voormelde wijze deelnemen aan het maatschappelijke verkeer voordeel kan worden verwacht.

Hieruit blijkt dat er pas sprake is van een onderneming indien er sprake is van het oogmerk om daar geldelijk voordeel te behalen. Dit sluit naadloos aan bij de zorg welke uitgesproken wordt in de toelichting zoals hierboven geciteerd.

Beleidsstandpunt PVH

Overwegingen:

Het is van groot belang dat duidelijkheid geboden wordt omtrent de term bedrijfsmatig.

Het ligt voor de hand om voor de invulling van de term aan te sluiten bij bestaande wet- en regelgeving/ jurisprudentie.

Gezien het feit dat de motivatie van het eventuele risico financieel is, ligt het voor de hand aan te sluiten bij de financiële (belasting) wetgeving/ jurisprudentie.

Jurisprudentie hobby- onderneming

PVH Standpunt

  • PVH is van mening dat er sprake is van bedrijfsmatig handelen indien er sprake is van een onderneming en dus van een handelen met als oogmerk het behalen van geldelijk gewin.
  • In het verlengde daarvan is een tentoonstelling, markt of beurs bedrijfsmatig indien tenminste 1 bedrijfsmatige aanbieder van levende dieren met deze dieren aanwezig is. Op een beurs kunnen zowel bedrijfsmatige als niet bedrijfsmatige aanbieders aanwezig zijn. In een dergelijk geval gelden de algemene regels voor een bedrijfsmatige activiteit voor alle deelnemers maar de specifieke (bijvoorbeeld scholingsverplichting verkoper) uitsluitend voor de bedrijfsmatige aanbieders.

– Dit is de interpretatie van het PVH, er kunnen geen rechten aan ontleent   worden.