Samenvatting: Hoeveel ethiek is er nodig voor een verantwoorde fokkerij?
F.L.B. (Franck) MeijboomEthiek Instituut & Faculteit Diergeneeskunde
Universiteit Utrecht
Het fokken van dieren vraagt om veel expertise. Wie op een goede manier dieren wil fokken moet een professional zijn op vele gebieden, zoals raskennis, kennis van genetische afwijkingen, gezondheid en gedrag. Het is dus niet iets waar je op een achternamiddag aan begint. Toch roept het fokken van dieren vaak vragen op in de samenleving. Als je alle aandacht voor stambomen en aankoopgaranties in ogenschouw neemt, kun je je afvragen hoe dat mogelijk is. Die ‘waarom’ vraag zal in deze lezing centraal staan.
Het antwoord heeft alles te maken met de ethische dimensies van de fokkerij. Het fokken van dieren betekent onmiddellijk het maken van morele keuzes. Keuzes op het terrein van de omgang met klanten, collega´s en de overheid, maar vooral ook keuzes in de omgang met dieren.
De noodzaak om keuzes te maken is al bij Darwin begonnen. Door het traditionele onderscheid tussen mens en dier te doorbreken, heeft hij er voor gezorgd dat keuzes tussen mens en dier niet langer gemaakt kunnen worden op basis van het antwoord, “omdat wij mensen zijn.” Sinds Darwin moeten we op zoek naar andere argumenten. In die zoektocht spelen dierenwelzijn en respect voor intrinsieke waarde een belangrijke rol.
De aandacht voor dierenwelzijn start in de capaciteit van dieren om leed te kunnen ervaren. Die capaciteit is meer dan een kunstje. Wie kan lijden kan ook in zijn of haar belangen gschaad worden. In ieder geval in het belang om pijn en ongerief te vermijden. Dat roept direct verplichtingen op voor een verantwoorde fokkerij om zowel in het proces als bij het resultaat rekening te houden met die belangen. Concreet betekent dit dat dierenwelzijn centraal behoort te staan in een verantwoorde fokkerij.
Wat dat in praktijk inhoudt is niet altijd helder. Ook andere belangen spellen immers een rol, zoals de opvattingen van huidige en toekomstige klanten, esthetische opvattingen, commerciële belangen of de vitaliteit van het ras. Een verantwoorde fokkerij is er dus nog niet met aandacht voor dierenwelzijn alleen. Er is meer ethiek nodig. Je moet in ieder geval instaat zijn om met die verschillende belangen om te gaan en te komen tot een verantwoorde – letterlijk dat je een antwoord kunt geven op vragen – handeling. Tot slot kan verantwoorde fokkerij nog meer ethiek gebruiken. Het fokken van dieren roept namelijk vragen op die verder gaan dan dierenwelzijn. Ook als dieren niet lijden of als het mogelijk is om dat leed tot een minimum te beperken, blijven er vragen. Het gaat dan om vragen over respect en integriteit. Hierbij valt te denken aan rassen die enkel met een keizersnede ter wereld kunnen komen. Ook als het welzijn van de betrokken dieren gewaarborgd is, blijft de vraag of dit respectvol is en recht doet aan de intrinsieke waarde van het dier. Een andere context die vragen oproept is het fokken op bepaalde ‘gewenste gebreken”, zoals hoornloosheid. Hierbij staat de vraag naar de integriteit van het dier centraal. Concreet roepen zulke voorbeelden de vraag op hoeveel ruimte er is voor de fokker om het dier aan te passen aan onze wensen.
Een verantwoorde fokkerij vraagt dus om nog al wat ethiek. In praktijk betekent dit niet dat bij elke gefokte pup alle mogelijke ethische vragen uit de kast gehaald moeten worden. Veel belangrijker is het dat de fokkerij in het algemeen, maar ook de individuele fokker antwoord kan geven op de vragen: Waar sta je voor en waar wil je naar toe? Wie dat kan, weet wat hij of zij doet en kan zich verantwoorden ten opzichte van zichzelf, de dieren en de samenleving.
Dat is een verantwoorde fokkerij.