Er komt een pup in huis, hoe bereiden we ons goed voor?
De eerste dag
Na afscheid te hebben genomen van de fokker en de moederhond, mag de pup mee in de auto. Misschien heeft hij al wel een keer in een auto gezeten, maar nog niet in die van jullie. De pup zal het reuze spannend vinden en zijn oogjes uitkijken, nieuwe mensen, andere auto en er flits van alles voorbij als je naar buiten kunt kijken….
Dat is best vermoeiend, misschien dat er even een dutje gedaan kan worden.
En dan is er de aankomst in het nieuwe huis, voor de kleine viervoeter is het zo spannend en nieuw dat er eerst eens gesnuffeld en goed gekeken moet worden.
Probeer er voor te zorgen dat het niet druk met visite is, maar dat je pup in een rustig huis de boel eerst eens kan verkennen. Als er meteen veel drukte om hem heen is dan kan de pup niet alle informatie die binnenkomt verwerken en zal het hem te veel worden. Zorg dat er een mand of bench voor hem klaar staat, zodat hij na zijn onderzoek kan gaan slapen om alle binnengekomen informatie (prikkels) te verwerken. Een lap of knuffel met de nestgeur zorgt voor een stukje geborgenheid, een pup zal deze de eerste periode nodig hebben om mee te slapen of te spelen.
De pup geeft nu in een korte tijd enorm veel ervaringen ondergaan, allemaal zeer inspannend voor hem.
Daarom zijn de volgende punten van groot belang:
1. Zorg er voor dat de pup in een rustig huis komt. Voorkom dat er teveel mensen zijn, die hem willen aaien en liefkozen, wat hem onzeker kan maken.
2. Laat hem in alle rust zijn nieuwe thuis onderzoeken, de nieuwe geuren en geluiden die daar bij horen. Ook de gezinsleden waar hij nu mee samenleeft zijn helemaal nieuw voor hem en dat heeft natuurlijk even gewenning nodig. Het duurt even voordat de pup jullie huis als zijn thuis gaat ervaren, hoe lang dit duurt, is per hondje verschillend.
3. Zorg voor een plas en poepplek waar je de pup vanaf dag 1 uit kunt laten. Dit kan een
krant zijn of een plek in de tuin.
De eerste nacht
Pups zijn gewend om bij de moederhond en broertjes en zusjes te slapen, het zou dan ook niet eerlijk zijn om hem de eerste nacht al alleen te laten slapen. Hij zal ook ongetwijfeld gaan janken en piepen om zijn moeder te roepen. Nu hij al gescheiden van zijn familie is heeft hij je nodig. Zelfs de meest vrijmoedige pup kan angstig worden nu hij in een nieuwe omgeving is geplaatst. Zorg ervoor dat je de eerste nachten bij hem kunt slapen. Dit kan door de mand naast uw bed te zetten, zodat hij je kan zien en ruiken, of door een matras naast de plek van de bench te leggen en daar te slapen zolang de pup dit nodig heeft. Je zult merken dat je het matras iedere nacht een stukje verder naar de deur kunt verplaatsen. Mocht hij dan piepen kunt je hem meteen geruststellen door met zachte stem te praten. Nu de pup weet dat hij niet alleen is kan hij rustig zonder angst weer in slaap vallen. Uiteraard helpt het enorm als je van de fokker iets heeft meegekregen uit het nest met de geur van zijn familie hieraan, dit kan een doek of pluche speeltje zijn. Juist door deze geur zal hij zich eerder op zijn gemak voelen in zijn nieuwe thuis.
Belangrijk voor de eerste tijd
Ontdekkingsreis
Deze ontdekkingsreis, ook wel socialiseren genoemd, is het laten wennen aan en kennis maken met de wereld om hem heen. Geuren, geluiden, dingen te bekijken en zelfs te proeven. Dingen die voor ons heel gewoon zijn, zijn voor een pup nog totaal nieuw: een parfumluchtje, het zien/horen van een vogel, iemand die met krukken loopt en ga zo maar door. Maar ook laten wennen aan andere dieren zoals katten, konijnen of een ander ras of kruising. Alles moet nog bekeken worden zodat hij eraan kan wennen. Soms van dichtbij maar als het wat spannend is, kan het ook op afstand bekeken worden.
Deze periode is van groot belang voor puppen en jonge honden omdat ze dit niet kunnen inhalen. De eerste zestien weken zijn van groot belang maar ook na deze weken blijft socialiseren een belangrijke rol spelen in de opvoeding van een pup. Dit ontdekken hebben pups nodig om uit te groeien tot stabiele volwassen honden. Maar pas op! Als de pup bloot gesteld wordt aan te veel prikkels/informatie kan hij dit niet verwerken. Dan kan hij overprikkeld raken, wat zich uit in extreem blaffen, bijten in de riem, fel in handen happen. Maar ook grommen of zelfs diaree kunnen het gevolg zijn.
Jullie huis is nieuw voor hem maar ook de tuin de straat waarin je woont en noem het maar op. Pups bekijken de dingen, luisteren naar geluiden, snuffelen om de geurtjes te ontdekken en proeven dingen om te ontdekken hoe het smaakt. Dit alles is nodig in het ontdekken. Geef ze de ruimte om dit in hun eigen tempo te doen. Soms gaat een pup even zitten tijdens een wandeling om rond te kijken. Je zult merken dat hij vanzelf weer opstaat om mee te lopen als hij klaar is met kijken. Duurt het te lang, probeer hem dan met een gezellig stemmetje mee te lokken. Ook het proeven op straat en in huis is van belang; wanneer de pup iets oppakt, is de kans groot dat hij het vanzelf weer laat vallen. Hij heeft ontdekt dat het niet eetbaar is en de volgende keer zal het niet meer opgepakt hoeven te worden. Maar wanneer wij denken, “neeee dat mag je niet pakken!!” en het uit de bek gaan halen, zal de pup het leuk vinden om vaak dingen op te pakken. Als we naar hem toelopen om het af te pakken, kan hij het juist gaan doorslikken.
Als je als pup de wereld gaat ontdekken is het van groot belang dat dit in kleine stapjes gebeurt. Wanneer een pup namelijk overprikkeld is, leert en onthoudt hij weinig maar wanneer de pup goed uitgerust is slaat hij de dingen veel makkelijker op en onthoudt hij beter. Zorg voor een goede balans tussen de 20 uur slaap die hij nodig heeft en zijn activiteiten. Geef daarbij begeleiding in het socialiseren. Mocht je pup angstig raken, haal hem dan uit de situatie. Lukt dat niet, ga dan bij hem zitten en leg je handen stil op de schouderbladen om hem steun te bieden.
Zindelijkheid
Pups zijn niet meteen zindelijk. Rond de leeftijd van vijf maanden hebben ze pas controle over hun sluitspieren. Als de pup krantzindelijk is, leg dan her en der wat kranten op de grond, dan is er een kans dat hij vanaf het begin hierop zijn ontlasting en plasje deponeert. De kranten ga je in kleine stapjes naar de buitendeur verhuizen zodat de pup uiteindelijk leert buiten zijn behoefte te doen. Straf hem niet als hij binnen plast, je leert hem alleen dat je raar kunt doen in zijn ogen of zelf dat het niet goed is te plassen bij jouw in de buurt! Er zijn vier momenten dat je de pup naar buiten kunt brengen voor zindelijkheidstraining; 1 na eten 2 na drinken 3 na spelen en 4 na slapen. Ook kunt je daarbij ieder uur de pup buiten zetten als hij wakker is. Vaak geeft een pup aan door snuffelen of rondjes draaien dat hij zijn behoefte moet doen. Zie je dit binnen dan neemt je de pup meteen mee naar buiten zodat hij het daar kan doen. Onthoud dat de pup nog geen volledige controle over zijn blaas heeft, dit komt vanzelf. Als er nu buiten een plasje gedaan wordt beloon je dit meteen met iets lekkers! Zo gaat de pup leren dat het doen van behoefte buiten erg leuk is omdat het wat lekkers oplevert.
Alleen zijn
Laat de pup de eerste dagen niet alleen, hij is niet gewend aan eenzaamheid. Bij de fokker had hij dag en nacht zijn moeder, broertjes en zusjes om zich heen. De pup gaat de gezinsleden nu voor zijn “familieleden” aanzien. Als een pup piept, roept hij zijn moeder die er dan voorheen aankwam. Mocht je pup nu piepen, ga dan even kijken wat er is, misschien wil hij een plasje doen of niet alleen zijn. Het alleen zijn is nog eng voor een pup, dit is iets wat ze geleidelijk aan kunnen leren.
Slapen
Pups hebben veel slaap nodig. Zorg er voor dat er een hondenmandje en/of een bench voor hem klaar staat, zodat hij zich lekker kan terugtrekken om te slapen. Denk er aan: een pup heeft 19 tot 20 uur slaap per dag nodig!! Slaap is erg belangrijk voor een pup, met voldoende slaap is hij in staat de indrukken en de binnengekomen informatie/prikkels te verwerken. Als een pup niet voldoende slaap krijgt raakt hij overprikkeld en gaat hij dit uiten in gedragingen als extreem happen/bijten in handen, broekspijpen en de lijn. Maar ook vaak de gekke 5 minuten (als een dolle door huis rennen) is een uiting van te weinig slaap.
De slaapplaats is een rustplek voor uw pup. Het is dan ook aan te raden om hem met rust te laten als hij daar lekker ligt te slapen. Als hij wakker wordt kan er weer geknuffeld of gespeeld worden.
Beweging
Beweging heeft een hond uiteraard nodig. Zo ook een pup, het helpt hem om zijn pezen, spieren botten en gewrichten te ontwikkelen en zo uit te groeien tot een volwassen hond. Dit uitgroeien gaat in een razend tempo, met ongeveer anderhalf tot twee jaar zijn ze volgroeid. Dan hebben ze stevige botten en gewrichten. Tot deze tijd is het dan ook van groot belang om de pup geen overdosis beweging te geven. Houd hier dan ook rekening mee met spelen en wandelen! Zorg voor een goede balans tussen voldoende rust en voldoende beweging. Jonge pups hebben gemiddeld 19 à 20 uur slaap nodig per etmaal, de overige tijd kan er gewandeld en gespeeld worden en kan de pup wennen aan wat er zoal op hem afkomt in deze wereld. Met een pup ga je geen wandeling van een uur maken. Wel kun je hem een aantal keer per dag mee naar buiten nemen. Zoek ook eens een plek waar hij los kan lopen, nu de pup nog aanhankelijk aan ons is zal hij makkelijker meelopen met ons. Een keer voor een korte wandeling, en een andere keer lekker naar het bos met hem. Hier kun je wat lekkers op een boomstronk leggen wat hij kan opsporen. Zo krijgt hij zijn beweging, leert hij al wat controle over zijn achterlijf te krijgen en mag hij lekker zijn neusje gebruiken.
Pups laat je dit niet doen:
- traplopen (aanleren dit rustig en beheerst te doen)
- springen (denk aan hoge auto in en uit)
- rennen op los, mul zand (strand)
- draven naast de fiets
Laat iedere hond het volgende zo weinig mogelijk doen:
- spelen en rennen op gladde vloeren
- achter balletjes aan rennen
Wat je zelf niet bij je hond doet is boven op de heupen drukken om hem tot zit te bewegen.
Het gebruik van een goed passend tuig is aan te bevelen aangezien je hiermee geen druk op de nek van de hond legt. Hij voelt zich hierdoor vrijer in zijn bewegingen.
Spelen, neus en denkwerk
Spelen is erg leuk voor eigenaar en hond. Er zijn veel spelletjes te bedenken om samen te doen, of voor je hond alleen. Dierenwinkels liggen vol met speelgoed voor je pup, er zijn zelfs leuke puzzels voor honden waarbij ze moeten nadenken hoe ze een snoepje ergens uit kunnen krijgen.
Even een rijtje met spelletjes voor jullie samen.
- Apporteren
Je verstopt iets, een speeltje, iets wat de hond leuk vind. Hierna mag hij het opzoeken en aan je komen geven. Snapt hij het spelletje dan is het erg leuk om hem te leren de krant te gaan halen of om de sleutelbos te brengen!
- Trekspelletje
Een speeltje dat groot genoeg is om allebei vast te houden en samen er aan trekken. Houd er met een pup rekening mee dat je dit voorzichtig doet, hij moet immers nog zijn gebit wisselen rond de vier maand. Dit is een spannend spel, dus als je hond erg opgewonden raakt, houd het spel dan kort.
- Snuffelspelletjes
Honden zijn echte neusdieren en vinden het fantastisch om met hun neus te werken.
Daarnaast is het voor hun belangrijk dat ze hun neus kunnen gebruiken, ze zijn geboren om er mee te werken. Hiervoor kun je heel simpel wat snoepjes strooien en er de opdracht “zoek” aan geven. Zie je dat het laatste snoepje op is, vertel dan “klaar” of “op”, zodat hij weet dat het spelletje klaar is.
- Denkspelletjes
Er zijn heel veel spelletjes te bedenken om honden wat lekkers te laten zoeken of ergens uit te laten halen.
Goedkope denkspelletjes;
- Een eierdoosje met snoepjes erin dat de hond mag slopen.
- Kartonnen doos met krantenproppen, verstop er wat snoepjes in en hij heeft wat leuks te doen.
- Plastic bekers, op de kop zetten en er een snoepje onder doen. Dan laten zoeken onder welk bekertje het snoepje ligt.
- Een oude spijkerbroek, deze kun je opproppen met wat lekkers ertussen zodat je hond het mag zoeken.
- Een oude handdoek kun je op dezelfde wijze gebruiken als de spijkerbroek.
Geef je hond plezier door hem op deze manier mentaal te stimuleren
Hondentaal
Honden spreken door middel van hun lichaamshouding en hun mimiek. Zo praten ze niet alleen onderling, maar ook met ons. Door goed te kijken naar je hond kun je deze taal leren en gebruiken om te communiceren met je eigen hond of met andere honden. Hierdoor creëer je een relatie gebaseerd op wederzijds respect en begrip.
Stresssignalen
Gezonde stress hebben we allemaal, zo ook honden. Wanneer positieve stress omslaat naar negatieve stress is dit niet gezond voor een hond. Stress kan zelfs gezondheidsklachten en gedragsproblemen opleveren. Door de signalen te herkennen en hierop te reageren kun je dit echter voorkomen.
Een aantal stresssignalen:
- Tongelen (kort tongpuntje laten zien)
- Hijgen
- Trillen
- Kwijlen
- Bevriezen
Overspronggedrag – conflictgedrag
Deze gedragingen zien we ook bij ons zelf als we nerveus zijn, bijvoorbeeld met een pen spelen of met je haar friemelen. We doen dit niet bewust, zo laten honden ook onbewust gedragingen zien.
Overspronggedragingen die we kunnen zien zijn:
- Krabben
- Uitschudden vacht
- Uitrekken
- Niezen
- Snuffelen
- Snel nog even plassen
Kalmerende signalen
Honden zijn conflictvermijdende dieren. Door kalmerende signalen te laten zien zullen ze een ander dier of mens proberen te kalmeren als de situatie daar om vraagt. Deze subtiele taal is grotendeels aangeboren. Soms corrigeren wij deze signalen omdat wij niet weten wat ze betekenen, en laat de hond ze niet meer zien. Gevolg hiervan kan zijn dat de hond een andere hond niet kalmeert als dit nodig is. De andere hond snapt dit niet en er kan een knokpartij ontstaan.
Een aantal kalmerende signalen op een rijtje:
- Snuffelen
- Hoofd wegdraaien
- Rug toedraaien
- Gaan zitten en/of liggen
- Langzaam lopen
- Met een bocht de ander naderen
Hoe honden leren
Een belangrijke manier hoe honden leren is door gebeurtenissen met elkaar te verbinden. Denk hierbij aan bijvoorbeeld het aanleren van een zitopdracht. Na veel oefenen en belonen legt de hond de link:” zit” is billen op de grond parkeren en dan krijg ik lekkers. Het lekkers geef je gelijk als de hond zit, zodat hij de link legt tussen het gaan zitten en de beloning. Timing in beloning is dus van groot belang, direct na de handeling, zodat de hond de link legt. Houd wel in je achterhoofd dat je de beloning nooit helemaal achterwege laat. Wordt een hond nooit voor zijn gedrag beloond dan zal dit gedrag uitdoven.
Honden leren ook van elkaar en van ons, dit heet kopiegedrag.
Zo kunnen ze bijvoorbeeld van katten het spelgedrag met hun voorpootjes overnemen. Kleine hondjes maken soms net als de kat gebruik van het kattenluikje. Maar denk ook aan het op de bank zitten, wij zitten daar toch tenslotte ook.
Omgang met je hond
Nu we weten hoe de hondentaal werkt en hoe een hond leert, is het ook belangrijk te weten wat een pup, maar ook een volwassen hond nodig heeft.
- Ongewenst gedrag: voorkom ongewenst gedrag in plaats van te corrigeren. Wees creatief!!
- Veiligheid: b.v. als hij in zijn mand ligt te slapen, laat hem dan met rust. Als hij eten krijgt laat hem dit rustig opeten.
- Duidelijkheid: b.v. vandaag niet op de bank is morgen ook niet op de bank. Soms wel soms niet, kan een hond niet begrijpen.
- Begeleiding: honden leven in een mensenmaatschappij, die soms lastig te begrijpen is voor hun. Zorg dat je begeleiding geeft door te bepalen wat en wanneer er iets gebeurt. Komt de postbode, en slaat je hond aan, dan ga je voor de hond staan, vertelt wat er gebeurt en neemt zo de leiding op je.
Een aantal regels
- Wees kalm, geduldig en zelfverzekerd in de omgang met je hond.
- Puppen eten als eerste in de natuur.
- Een vaste plek voor de mand/bench zorgt voor rust.
- Leer de pup zonder dwang voorwerpen afgeven.
- Zorg voor mentale stimulatie.
- Verkeert de hond in een moeilijke situatie, haal hem hier dan uit.
- Leer vanaf het eerste moment het wandelen zonder trekken aan. Trek zelf niet aan de lijn, hiermee geef je het verkeerde voorbeeld en leer je juist hard aan de lijn te trekken.
- Voorkom najagen, luistert je hond nog niet, dan houd je hem aan de lijn.
- Geef alleen een opdracht als je zeker weet dat deze opgevolgd kan worden.
- Straf een hond niet, als je de lichaamstaal goed interpreteert kun je veel dingen voor zijn.
Kinderen en honden
Kinderen en honden zijn vaak een prachtige combinatie. Vaak gaat het goed maar helaas gaat het soms ook verkeerd. Dit is dan vaak te wijten aan miscommunicatie. Een kind verricht een handeling bij de hond, de hond vertelt eerst subtiel met zijn lichaamstaal dat dit niet fijn is en als het kind dat niet snapt en door gaat, kunnen de gevolgen zeer ernstig zijn. Vaak wijst de beschuldigende vinger dan naar de hond, met het idee van “hij is gemeen, vals of dominant”. Als je de taal van de hond goed leest en interpreteert kun je dit gelukkig vaak voorkomen. Als ouder zijnde blijf je te allen tijde verantwoordelijk voor kind en hond. Jonge kinderen kun je nog niet de verantwoording geven over een hond.
Leer je kind hoe het zich moet gedragen bij honden. Met een bocht naar een hond toe lopen, onder op de borst aaien. Als een hond lekker slaapt mag hij niet gestoord worden, en als de hond eet, laat je hem met rust. Mocht de hond een keer grommen, dan zegt hij “blijf even uit de buurt”. Dit is een waarschuwing van de hond, houd dan ook afstand. Zodra de hond een kind vertrouwt zal hij in gewone situaties niet grommen. Strak aankijken is voor een hond zeer bedreigend! Leer jezelf en kinderen aan om langs een hond heen te kijken om confrontaties te voorkomen.
Kinderen en honden vinden het leuk om te spelen. Van trekspelletjes kunnen honden erg druk worden, wat niet zo handig is in combinatie met kinderen. Je kunt je kind ook zoekspelletjes met de hond laten doen. Je kind verstopt een speeltje of koekjes en de hond mag dit vervolgens gaan zoeken, altijd in het bijzijn van een volwassene.
Honden houden van rust binnen het gezin. Als er gestoeid wordt, ziet de hond dit als onrust en zal proberen om dit te stoppen, hetzij door opsplitsen (ertussen komen) of door te blaffen, zo van “houd hiermee op”. Dit is een stuk sociaal gedrag dat hij laat zien, corrigeer dit niet. Zorg dat het stoeien dan elders gebeurd waar de hond niet bij kan.
Gezondheid
Inentingen
Over het algemeen ga je één keer per jaar met je hond naar de dierenarts voor zijn jaarlijkse controle en eventueel een vaccinatie. Het is natuurlijk van groot belang dat je hond goed beschermd is tegen bepaalde ziektes. Vaak gebeurt dit door middel van een jaarlijkse vaccinatie, gelukkig is dit niet altijd nodig. Er is ook de mogelijkheid om door middel van een titerbepaling te bekijken wat er aan antistoffen in het lichaam aanwezig zijn. Als er nog voldoende antistoffen zijn, kun je de vaccinatie overslaan. Pups krijgen al veel antistoffen van de moederhond mee en dus kun je op jonge leeftijd al een titer bepaling laten doen. Bij een titerbepaling wordt er een klein beetje bloed afgenomen om te onderzoeken wat er aan antistoffen in het bloed aanwezig is, vaak is de uitslag binnen een half uur bekend.
Neem je de hond mee op vakantie naar het buitenland, dan is een enting tegen hondsdolheid verplicht. Geef deze drie weken voor vertrek. Laat je goed informeren over de regels, die verschillen per land.
Lichaamstemperatuur
Als uw hond minder eetlust heeft, meer drinkt of juist helemaal niet drinkt, lusteloos of hangerig is, is het aan te bevelen om de temperatuur op te nemen. Gebruik hiervoor een digitale thermometer, rectaal. Wrijf het puntje van de thermometer in met wat vaseline en breng hem voorzichtig twee centimeter in. Normaal ligt de temperatuur tussen de 37,5° en de 38,5°. Zowel bij hoge koorts (boven de 39,5°) als bij ondertemperatuur (beneden de 37°) is het aan te raden de dierenarts te raadplegen.
Vlooien
Vlooien zijn wel de meest bekende parasiet van de hond. Zij veroorzaken onder andere jeuk en irritatie van de huid. Sommige honden kunnen er allergisch voor worden. Preventief kun je behandelen met b.v. essentiële oliën, of met een reguliere spray of vlooienband.
Teken
Teken laten zich op de hond vallen om zich vervolgens in de huid vast te zuigen en zo zich te voeden met bloed. Teken kunnen ziektes overbrengen op de hond.
Kijk na iedere (bos)wandeling de vacht en huid na en verwijder eventuele teken.
Wormen
Wormen komen voor in het darmsysteem van de hond en soms zichtbaar in de ontlasting. Eitjes van wormen zijn met het blote oog niet zichtbaar. Je kunt er voor kiezen om een hond vier keer per jaar te ontwormen zoals vaak geadviseerd wordt.
Ook kun je de ontlasting laten nakijken of dit echt wel nodig is. Bij pups kun je ontwormen twee en vier weken nadat er bij de fokker ontwormd is. Na acht weken kun je laten onderzoeken of er eitjes in de ontlasting aanwezig zijn.
Er zijn bij de reguliere dierenarts producten om vlooien, teken en wormen te bestrijden, vaak zijn deze op chemische basis.
Uiteraard kun je je hond ook op natuurlijke wijze hiertegen beschermen.
Voor meer informatie over natuurlijke geneeswijzen, titerbepaling en/of bescherming tegen vlooien, teken en wormen kun je terecht op de site van Tannetje Koning
www.centrumoase.nl natuurlijk gezondheidscentrum voor dieren
Castratie / sterilisatie
Het is verstandig om goed na te denken voordat je een hond laat castreren of steriliseren. Een paar dingen ter overweging.
Reuen: bij reuen is er geen medisch voordeel op jonge leeftijd. In de puberteit schommelen de hormonen sterk, wat voor de eigenaar ‘vervelend’ gedrag kan opleveren (weglopen/rijden/ongehoorzaam etc.) Rijgedrag dat sommige reuen laten zien is vaak een uiting van stress, en heel soms oefenen voor later. Ook teven vertonen soms rijgedrag door stress. Reuen die op jonge leeftijd gecastreerd worden en al wat onzeker zijn, kunnen nog onzekerder worden en zelfs agressiever na castratie. Een jonge reu die de weg kwijt is als er een loopse teef in de buurt is, hoef je niet gelijk te castreren. Je kunt ook kijken wat een implantaat doet. Het kan heel goed zijn dat als hij door zijn puberteit is, loopse teven hem nog maar weinig doen.
Teven: bij teven levert castratie pas medisch voordeel op na de leeftijd van 2,5 jaar en niet voor de eerste loopsheid. Onder invloed van de vrouwelijke hormonen kunnen in de loop van de jaren de volgende ziektes ontstaan: melkklierkanker (kwaadaardig), baarmoederontsteking en suikerziekte. Teven kunnen door vroege castratie feller worden qua karakter en op latere leeftijd incontinent worden.
Voor reuen en teven beide telt dat ze hun hormonen nodig hebben om geestelijk en fysiek volwassen te worden. Bij vroege castratie zul je merken dat honden blijven hangen is een puber gedrag, wat door anderen honden opgemerkt word en zelfs gecorrigeerd kan worden.
De hormonen zijn ook van invloed om de groeischijven te laten sluiten, de botgroei duurt tot ongeveer 2 jaar. Bij een vroege castratie kan dit botproblemen geven.
Verder is een castratie een operatie onder volledige narcose en heeft uiteraard risico’s.
Loopsheid
Teven worden gewoonlijk voor het eerst loops wanneer ze tussen 6 en 18 maanden oud zijn. Na de eerste keer wordt een teef ongeveer om de 6 maanden opnieuw loops, maar. De totale loopsheid duurt ongeveer 3 weken. Tussen de 10e en de 17e dag vindt gewoonlijk de ovulatie plaats en is de teef bereid zich te laten dekken. In deze periode is vaak de meest gehoorzame teef ongehoorzaam en zal proberen de benen te nemen. Houd dus je loopse teef aan de lijn!
De eerste dagen is de uitvloeiing wat bloederig, daarna wordt het wat lichter van kleur. De hoeveelheid uitvloeiing is bij elke teef weer anders.
Vergiftiging
Pups nemen van alles en nog wat in hun bekje om te ontdekken wat het is, meestal laten ze het wel weer vallen. Soms smaakt het toch wel lekker en slikken ze het door. Er zijn dingen waar een hond ziek van kan worden en er zijn dingen waaraan een hond kan overlijden.
Dingen die een hond niet mag eten zijn onder andere:
- Insectenbestrijdingsmiddelen
- Medicijnen (aspirine,paracetamol zijn giftig)
- Rattengif en muizengif
- Antivries
- Chemische stoffen
- Giftige (kamer)planten
- Chocolade
- Rozijnen
Geef de hond geen zout om hem te laten braken. Hij kan hier erg ziek van worden.
Als de pup gesnoept heeft van iets wat je niet vertrouwt, aarzel niet en neem direct contact op met de dierenarts.
Op o.a. deze sites vind je informatie over giftige stoffen:
http://www.hondenplanet.nl http://www.puppyopvoeden.nl http://www.hondenplaza.nl
Er komt een pup in huis. Hoe bereiden we ons goed voor. in PDF
Mirjam Leppers, Holistisch Hondengedragcoach